Grondwaterpeil blijft uitzonderlijk hoog, debieten normaliseren (04/08/2024)
Ondanks het zonnige en warme maandeinde, was juli natter dan gemiddeld. Op 99% van de meetplaatsen registreert de VMM normale, hoge tot zeer hoge grondwaterstanden voor de tijd van het jaar. Dat blijft uitzonderlijk. Voor een gelijkaardige situatie moeten we terugkeren naar begin augustus 2016. De 14-daags gemiddelde debieten van de onbevaarbare waterlopen dalen naar een normale situatie.
Lange regenperiode zorgt voor uitzonderlijke grondwaterstanden
Juli is de tiende opeenvolgende maand met meer neerslag dan gemiddeld. Die viel vooral in de eerste maandhelft. Het gemeten neerslagtotaal in Ukkel bedroeg 97,2 mm (gemiddeld: 76,9 mm). Dat blijkt uit cijfers van het KMI.
De lange aanhoudende natte periode blijft dus zorgen voor uitzonderlijk hoge freatisch grondwaterstanden. Op 5/8/2024 vertoonde 80% van de meetlocaties een hoge (25%) tot zeer hoge (55%) freatische grondwaterstand voor de tijd van het jaar. 19% vertoonde een normale en 1% een zeer lage grondwaterstand.
De lagere grondwaterstand (1%) werd gemeten in het meetpunt in Riemst, bij de grens met Wallonië. In samenwerking met de Waalse collega’s onderzoekt de Vlaamse Milieumaatschappij de dalende en lagere peilen in deze grensregio.
Normale debieten voor de tijd van het jaar
In het grootste deel van Vlaanderen dalen de 14-daags gemiddelde debieten van de onbevaarbare waterlopen naar een normaal niveau voor de tijd van het jaar. Recent onweer op 1 augustus zorgde wel voor een toename van het debiet in het Ijzerbekken, de Brugse polders en het Demerbekken.
Op 4 augustus meet de VMM op 43% van de meetplaatsen normale 14-daags gemiddelde debieten voor de tijd van het jaar. Op 51% meten we hoge (37%) tot zeer hoge (14%) waarden en op 6% lage waarden.