Gembloux Formatie

Deze pagina moet gelezen worden in de context van de pagina rond het 'geologisch paspoort van de Vlaamse ondergrond'.

Data op deze pagina worden aangevuld wanneer binnen dit project nieuwe analyses uitgevoerd worden. Op DOV en in de literatuur zijn ook nog veel andere data te vinden die niet op deze pagina verwerkt zijn.

Data

Van de Formatie van Gembloux werden zes stalen genomen voor korrelgrootte, van het Lid van Brabant (Figuur 1). De formaties van Gembloux en Veldwezelt bevatten de Quartaire eolische leem. Het Lid van Brabant bevat hoofdzakelijk ongelaagd tot diffuus gelaagd silt (Gullentops et al., 2001). De geanalyseerde stalen tonen silt met een mediaan van 33 ± 8 µm (Tabel 1). Er is één staal met een afwijkende grove mode van 185 µm, afkomstig van een interval net boven het onderliggende Paleogene Egem Lid in de bestudeerde groeve te Volkegem (Figuur 1).

Figuur 1. Korrelgrootteverdelingscurves van de geanalyseerde stalen van de Gembloux Formatie (uit Verhaegen, 2022).

Tabel 1. Korrelgroottestatistieken van de onderscheiden stratigrafische éénheden (uit Verhaegen, 2022). n = aantal stalen geanalyseerd per eenheid. Afwijkend zandig staal werd niet meegenomen in de berekening van deze statistieken. 

In de siltige stalen bedraagt het organisch koolstofgehalte 0.1 % en het anorganisch koolstofgehalte 1.7-1.8 % (Tabel 2).

Tabel 2. Het gemiddelde organisch (TOC) en anorganisch (TIC) koolstofgehalte (met standaard deviatie = sd) van de geanalyseerde éénheden (uit Verhaegen, 2022). n = aantal stalen geanalyseerd per eenheid.

Sleutelreferenties

FRECHEN, M.,VAN VLIET-LANOË, B., VAN DEN HOUTE, P., 2001. The Upper Pleistocne loess record at Harmignies/Belgium - high resolution terrestrial archive of climate forcing. Palaeogeography, Paleoclimatology, Paleoecology 173, 175-195.
GULLENTOPS, F., 1954. Contributions à la Chronologie du Pléistocène et des Formes du relief en Belgique. Mémoires de l'Institut Géologique de l'Université de Louvain, 18: 1-162.
GULLENTOPS, F., BOGEMANS, F., DE MOOR, G., PAULISSEN, E., PISSART, A., 2001. Quaternary lithostratigraphic units (Belgium), in: Bultynck, P., Dejonghe, L. (Eds.), Guide to a revised lithostratigraphic scale of Belgium, Geologica Belgica 4/1-2, Bruxelles, 153-164.
HAESAERTS, P., 1974. Séquence paléoclimatique du Pléistocène supérieur du bassin de la Haine (Belgique). Annales de la Société géologique de Belgique, 97: 105-137.
HAESAERTS, P., 2004. Maisières-Canal (2000-2002) : cadre stratigraphique, in: Miller, R., Haesaerts, P., Otte, M. (Eds.), L'atelier de taille aurignacien de Maisières-Canal (Belgique), Etudes et Recherches archéologiques de l'Université de Liège 110, 13-26.
HAESAERTS, P., VAN VLIET, B., 1974. Compte rendu de l'excursion du 25 mai 1974 consacrée à la stratigraphie des limons aux environs de Mons, Annales de la Société géologique de Belgique 97, 547-560.
HAESAERTS, P., DE HEINZELIN, J., 1979. Le site paléolithique de Maisières-Canal, Dissertationes Archaeologicae Gandenses, XIX, De Tempel, Brugge.
HAESAERTS, P., JUVIGNÉ, E., KUYL, O., MUCHER, H., ROEBROEKS, W., 1981. Compte rendu de l'excursion du 13 juin 1981, en Hesbaye et au Limbourg néerlandais, consacrée à la chronostratigraphie des loess du Pléistocène supérieur, Annales de la Société géologique de Belgique 104, 223-240.
HAESAERTS, P., MESTDAGH, H., BOSQUET, D., 1997. La séquence loessique de Remicourt (Hesbaye, Belgique), Notae Praehistoricae 17, 45-52.
HAESAERTS, P., MESTDAGH, H., BOSQUET, D., 1999. The sequence of Remicourt (Hesbaye, Belgium) : new insights on the pedo- and chronostratigraphy of the Rocourt Soil, Geologica Belgica 2/1-2, 5-27.
JUVIGNÉ, E., SEMMEL, A., 1981. Un tuff volcanique semblable à l'Eltviller Tuff dans les loess de Hesbaye (Belgique) et du Limbourg néerlandais, Eiszeitalter und Gegenwart 31, 83-90.
MEIJS, E.P.M., 2002. Loess stratigraphy in Dutch and Belgian Limburg, Eiszeitalter und Gegenwart 51, 114-130.
MEIJS, E.P.M., 2006. Palaeolithic and Quaternary research in the European loess belt. In: www.archeogeolab.nl.
MEIJS, E., MÜCHER, H., OUWERKERK, G., ROMEIN, A., STOLTENBERG, H., 1983. Evidence of the Presence of the Eltville Tuff Layer in Dutch and Belgian Limbourg and the Consequences for the Loess Stratigraphy, Eiszeitalter und Gegenwart 33, 59-78.
PAEPE, R., 1964. Les dépôts quaternaires de la Plaine de la Lys. Bulletin de la Société belge de Géologie,73: 1-39.
PAEPE, R., 1967. Comparative stratigraphy of Würm loess deposits in Belgium and Austria, Bulletin de la Société belge de Géologie 75, 203-216.
PAEPE, R., 1968. Séquences litho-stratigraphiques du Pléistocène supérieur - Datations au C-14, Bulletin de la Société belge de Géologie, de Paléontologie et d'Hydrologie LXXVI (1967), 171-182.
PAEPE, R. & VANHOORNE, R., 1967. The stratigraphy and palaeobotany of the Late-Pleistocene in Belgium. Toelichtende Verhandelingen voor de Geologische en mijnkaarten van België, 8: 1-96.
PAEPE, R. & VANHOORNE, R., 1976. The Quaternary of Belgium in its relationship to the stratigraphical legend of the geological Map. Mémoires pour servir a l' Explication des Cartes géoloque et minières de la Belgique, 18: 1-38.
PIRSON, S., HAESAERTS, P., DI MODICA, K., 2009. Cadre chronostratigraphique des principaux gisements du Paléolithique moyen du bassin de la Haine: un état de la question, in: Di Modica, K., Jungels, C. (Eds.), Paléolithique moyen en Wallonie. La collection Louis Eloy, Collections du Patrimoine culturel de la Communauté française, n°2, 58-77.
POUCLET, A., JUVIGNÉ, E., 2009. The Eltville Tephra, a Late Pleistocene widespread tephra layer in Germany, Belgium and The Netherlands; symptomatic compositions of the minerals, Geologica Belgica 12/1-2, 93-103
VAN DEN HOUTE, P., FRECHEN, M., BUYLAERT, J.-P., VANDENBERGHE, D., DE CORTE, F., 2003. The Last Interglacial palaeosol in the Belgian loess belt: TL age record. Quaternary Science Review, 22, 985-990.
VAN VLIET-LANOË, B., 1990. Le pédocomplexe de Warneton : où en est-on? Bilan paléopédologique et micromorphologique, Quaternaire, Paris 1, 65-76.
VAN VLIET-LANOË, B., 1992. Le niveau à langues de Kesselt, horizon repère de la stratigraphique du Weischsélien supérieur européen : signification paléoenvironnementale et paléoclimatique, Mémoire de la Société géologique de France 160, 35-44.