Grondwaterstandindicator 04-10-2020

  

Info

De grondwaterstandsindicator is gebaseerd op maandelijkse peilmetingen in het primair meetnet door de VMM, SCK en De Watergroep voor freatische peilfilters met continue meetreeksen van minstens 11 jaar. Die maandelijkse peilmetingen worden aangevuld met dagelijkse modelberekeningen voor de afgelopen 30 jaar.

  • Wil je meer informatie over hoe de grondwaterstandindicator, de kaarten en figuren op deze pagina zijn opgesteld? Neem dan zeker een kijkje op de pagina 'Opbouw grondwaterstandindicator ' en naar de algemene pagina  van de grondwaterstandindicator.
  • Wil je de grafieken en cijfers van de meest actuele indicator meteen op kaart bekijken in de DOV-verkenner ? Neem dan een kijkje op de kaartlaag 'Grondwaterstandindicator freatisch grondwater voor de tijd van het jaar (meest actueel)'.
  • Wil je de rapporten van de afgelopen maanden en jaren bekijken, dat kan bij de 'Historische grondwaterstandindicator '. 
  • De actuele waterschaarste- en droogtetoestand in Vlaanderen kan u vinden op www.opdehoogtevandroogte.be.

datum rapport: 08-10-2020
referentiedatum: 04-10-2020
aantal meetplaatsen gebruikt: 151

Absolute vergelijking: Staat het freatisch grondwater hoog of laag (ten opzichte van alle dagelijkse peilen van de afgelopen 30 jaar)?

Op 4/10/2020 zijn de absolute freatische grondwaterstanden (vergelijking met alle dagelijkse peilen van de laatste 30 jaar): 55% van de locaties zeer laag, 33% laag en 12% normaal (Figuur 1).

Sinds eind maart tot eind september (het vegetatieve groeiseizoen) zagen we in het algemeen een gestage toename van lage tot zeer lage peilen. Vanaf eind september zien we een plotse verschuiving van zeer lage naar lage en normale peilen. Ook vorig jaar begonnen rond ongeveer hetzelfde tijdstip vanaf ca. begin oktober de percentages zeer lage en lage peilen af te nemen.

Toch vertonen op 4/10/2020 nog steeds 88% van de locaties een zeer lage (55%) of lage (33%) absolute grondwaterstand. Deze evolutie is te verklaren doordat we nu eind september/begin oktober het einde van het vegetatieve groeiseizoen hebben bereikt. Door dalende temperaturen en het korten van de dagen neemt de potentiële evapotranspiratie af, de meeste plantengroei stopt voor dit jaar en er wordt minder water opgenomen en verdampt door de vegetatie. Er verdwijnt dus minder water uit de bodem en tegelijkertijd zien we sinds eind september vrij plots terug meer neerslag optreden. Het gedeelte van de neerslag dat in de bodem dringt kan nu ook de grondwatertafel terug aanvullen. Deze 2 effecten gecombineerd: dalen van de evapotranspiratie en optreden van neerslag na een vrij lange periode met weinig neerslag zorgt voor een vrij plotse afname van het aandeel zeer lage grondwaterstanden.

 

samenvatting_filters_2019-09-04 tot 2020-10-04_absolute
Figuur 1: Absolute toestand van de freatische grondwaterstand: percentage van de meetplaatsen met een zeer lage, lage, normale, hoge of zeer hoge grondwaterstand (ten opzichte van alle dagelijkse peilen van de afgelopen 30 jaar). 
In de winter worden vooral hoge grondwaterstanden verwacht, in de zomer vooral lage.

 

 

Relatieve vergelijking: Wat is de toestand van de freatische grondwaterstand voor de tijd van het jaar?

Voor de tijd van het jaar (relatieve vergelijking) is de verdeling op 4/10/2020: 39% van de locaties zeer laag, 26% laag, 30% normaal en 5% hoog tot zeer hoog (Figuur 2).

Vanaf half maart tot eind september was de algemene trend voor de relatieve vergelijking ook een toename van het aandeel lage tot zeer lage grondwaterstanden. Vanaf eind september zien we ook hier een verschuiving van zeer lage/lage naar normale peilen voor de tijd van het jaar.

Toch vertonen op 4/10/2020 nog steeds zo’n 65% van de locaties een zeer lage (39%) of lage (26%) grondwaterstand voor de tijd van het jaar. Op die locaties verwachten we rond deze tijd van het jaar een hogere grondwatertafel. In vergelijking met hetzelfde tijdstip vorig jaar zijn er dit jaar nu minder locaties met lage tot zeer lage grondwaterstanden voor de tijd van het jaar: ca. 65% op 4/10/2020 t.o.v. ca. 82% op 4/10/2019.

samenvatting_filters_2019-09-04 tot 2020-10-04_relative
Figuur 2: Relatieve toestand van de freatische grondwaterstand: percentage van de meetplaatsen met een zeer lage, lage, normale, hoge of zeer hoge grondwaterstand voor de tijd van het jaar.

 

 

Is het freatische grondwater gestegen of gedaald ?

Ten opzichte van vorige maand zijn de (absolute) peilen op 60% van de locaties gestegen, op 13% van de locaties gelijk gebleven, en op 27% van de locaties gedaald. Als het verder blijft regenen is in het najaar een overwegend aandeel stijgende standen te verwachten (Figuur 3).

Huidige toestand voor de tijd van het jaar, met verandering van grondwaterstand ten opzichte van vorige maand
Figuur 3: Huidige grondwaterstandsveranderingen en relatieve situering van de huidige freatische grondwaterstand.

 

 

Worden er volgende maand zeer hoge of zeer lage freatische grondwaterstanden verwacht?

Bij droog weer verwachten we volgende maand op 26% van de locaties verspreid over Vlaanderen absoluut én relatief zeer lage grondwaterstanden, bij normaal weer op 20%, en bij nat weer nog steeds op 14% van de locaties  (Figuur 4).

Voorspelling locaties met gelijktijdig zeer lage absolute en relatieve grondwaterstanden volgende maand in functie van verschillende weerscenario's
Figuur 4: Meetplaatsen waar volgende maand absoluut én relatief zeer lage (<P10) freatische grondwaterstanden worden verwacht.

 

 

Volgende maand worden nergens (absoluut én relatief) zeer hoge grondwaterstanden verwacht (Figuur 5)

Locaties waar volgende maand zowel met de relatieve als met de absolute vergelijking zeer hoge (>P90) grondwaterstanden worden verwacht
Figuur 5: Meetplaatsen waar volgende maand absoluut én relatief zeer hoge (>P90) freatische grondwaterstanden worden verwacht.

 

 

Besluit

Ten opzichte van vorige maand zijn de (absolute) peilen op het merendeel van de locaties (60%) gestegen. Vanaf eind september zien we een verschuiving van zeer lage naar lage en normale absolute peilen. Toch vertonen op 4/10/2020 nog steeds 88% van de locaties een zeer lage (55%) of lage (33%) absolute grondwaterstand.

Vanaf eind september zien we ook hier een verschuiving van zeer lage/lage naar normale peilen voor de tijd van het jaar. Toch vertonen op 4/10/2020 nog steeds zo’n 65% van de locaties een zeer lage (39%) of lage (26%) grondwaterstand voor de tijd van het jaar. Op die locaties verwachten we rond deze tijd van het jaar een hogere grondwatertafel. Deze situatie is voornamelijk het gevolg van de opgetreden droogte de voorbije maanden (en jaren).

Het freatische grondwater bevindt zich dit jaar in een gelijkaardige toestand als op hetzelfde tijdstip vorig jaar. Ook 2019 werd gekenmerkt door droogte. De situatie is dit jaar wel wat minder uitgesproken.