Grondwaterstandindicator januari 2016

Info

datum rapport: 07-02-2016
referentiedatum: 31-01-2016
aantal meetplaatsen gebruikt: 158

Wil je meer informatie over hoe de grondwaterstandindicator, de kaarten en figuren op deze pagina zijn opgesteld? Neem dan zeker een kijkje op de pagina 'Opbouw grondwaterstandindicator'.

Relatieve vergelijking: wat is de toestand voor de tijd van het jaar?

Begin januari was de grondwaterstand op bijna alle meetplaatsen normaal tot (zeer) laag voor de tijd van het jaar. In de loop van de maand is het aandeel meetplaatsen met relatief lage of zeer lage grondwaterstanden afgenomen tot minder dan 20%. Ongeveer de helft van de meetplaatsen had eind januari een grondwaterstand die normaal was voor de tijd van het jaar. De buien gedurende de laatste dagen van de maand januari hebben het aantal meetplaatsen met een relatief hoge of zeer hoge grondwaterstand snel doen toenemen: op 31 januari had 35% van de meetplaatsen een grondwaterstand die hoger is dan normaal voor de tijd van het jaar.

Figuur 1: Relatieve toestand van de grondwaterstand: % van de meetplaatsen met een zeer lage, lage, normale, hoge of zeer hoge grondwaterstand

Absolute vergelijking: staat het grondwater historisch hoog of laag?

Het aantal meetplaatsen met (zeer) lage tot normale grondwaterstanden is in januari sterk afgenomen ten voordele van het aantal plaatsen met hoge of zeer hoge grondwaterstanden. Begin januari had minder dan een derde van de meetplaatsen hoge of zeer hoge grondwaterstanden. De grondwaterstand was op de meeste plaatsen normaal. Eind januari, daarentegen, was de grondwaterstand op meer dan 70% van de meetplaatsen hoog tot zeer hoog.

Figuur 2: Absolute toestand van de grondwaterstand: % van de meetplaatsen met een historisch zeer lage, lage, normale, hoge of zeer hoge grondwaterstand

Is het grondwater gestegen of gedaald ?

De grondwaterstand is op de meeste meetplaatsen gestegen in januari. Dat heeft vooral in het westen van Vlaanderen en in de valleien geleid tot grondwaterstanden die (zeer) hoog zijn voor de tijd van het jaar. In het oosten van Vlaanderen zijn de grondwaterstanden in de hoger gelegen gebieden (Kempens plateau, heuvels) nog steeds eerder laag voor de tijd van het jaar, ook al is de grondwaterstand ook op die plaatsen gestegen ten opzichte van vorige maand.

Figuur 3: Grondwaterstandsveranderingen en relatieve situering van de grondwaterstand op de referentiedatum van dit rapport

Worden er volgende maand zeer hoge of zeer lage grondwaterstanden verwacht?

Bij nat weer in februari verwachten we op ongeveer een derde van de meetplaatsen grondwaterstanden die zeer hoog zijn voor de tijd van het jaar. Daarbij dienen we op te merken dat de verwachte grondwaterstand in de maand februari sowieso hoog is in vergelijking met de rest van het jaar. Bij nat weer in februari zal de grondwaterstand op heel wat plaatsen dus ook in absolute (historische) zin aan de hoge kant zijn. Bij normaal of droog weer wordt bijna nergens een zeer hoge of zeer lage grondwaterstand verwacht.

Figuur 4: Meetplaatsen waar volgende maand zeer hoge (> P90) grondwaterstanden worden verwacht

Conclusie

De grondwaterstand is in de loop van januari bijna overal gestegen. Dat heeft geleid tot grondwaterstanden die in het westen van Vlaanderen en in de valleien hoog zijn voor de tijd van het jaar. Op de hoger gelegen delen in het oosten van Vlaanderen is de grondwaterstand nog steeds eerder laag voor de tijd van het jaar. Bij nat weer in februari verwachten we op ongeveer een derde van de meetplaatsen zeer hoge grondwaterstanden. Bij normaal of droog weer wordt bijna nergens een zeer hoge of zeer lage grondwaterstand verwacht.