
VLAREM Rubriek 53.8
Bepalen van de klasse voor een winning van grondwater
Heeft u een grondwaterwinning? Of bent u van plan er één op te starten? Consulteer dan het de DOV-loket Rubriek 53.8. Deze toepassing maakt u wegwijs of u al dan niet een vergunning moet aanvragen of een melding moet doen voor het winnen van grondwater.
Vergunningsplicht?
Voor de aanleg en het gebruik van een grondwaterwinning (bv. voor watervoorziening voor mens of dier, als proceswater, voor reiniging,…), moet u beschikken over een omgevingsvergunning voor rubriek 53.8 (in bijlage 1 aan titel II van het VLAREM)
Uitzonderingen zijn
- Wanneer grondwater in een gebied dat niet afgebakend is als een beschermingszone type III met een hand-, neus- of voetpomp (bvb ook weidepompen voor vee) wordt opgepompt
- of wanneer het grondwater betreft enkel voor huishoudelijke toepassingen wordt gebruikt met een maximum opgepompt debiet van 150 m³/jaar (ongeacht het aantal gedomicilieerden) (verstrenging vanaf 8/4/2025!)
Voor het in een omgevingsvergunning opgenomen huishoudelijk waterverbruik zijn de kengetallen opgenomen in artikel 5.53.6.6.1 van titel II van het VLAREM: max. 30 m³ per jaar per gedomicilieerde en maximaal 15 m³ per jaar per geregistreerde in het bevolkingsregister in het kader van gedeeld verblijf voor de betrokken wooneenheden waarvoor de grondwaterwinning gebruikt wordt. Hiervan kan afgeweken worden in de aktename of vergunning. Dus indien er meer dan 150 m³/jaar vereist is en er per persoon meer dan de voorziene hoeveelheid van respectievelijk 30, dan wel 15 m³/jaar nodig is, moet niet enkel melding gedaan, dan wel vergunning aangevraagd worden, maar moet ook het meerverbruik gemotiveerd worden en moet in dat verband een bijstelling van artikel 5.53.6.6.1 aangevraagd worden.
Er moet zowel voor de vergunnings/meldingsplichtige als voor diegene die uitgezonderd zijn van omgevingsvergunning steeds een melding van eigen waterwinning worden gedaan bij de dienst heffingen van de Vlaamse Milieumaatschappij in het kader van de heffingen.
De rubrieksindeling wordt bepaald door:
- het jaardebiet,
- of de diepste grondwaterwinning dieper is dan een locatiespecifiek dieptecriterium
- of de locatie al dan niet in een beschermingszone type III rond een drinkwaterwinning is gelegen.
Het locatiespecifiek dieptecriterium kan opgezocht worden in het themaloket rubriek 53.8. Bij meerdere putten is de diepte van de diepste put bepalend voor de rubriek.
Binnen het waterwingebied en de beschermingszones type I en II zijn boringen van meer dan 2,5 meter verboden (tenzij voor productie van drinkwater of bescherming van grondwater). Vanaf 12/12/2022 zijn ook winningen voor huishoudelijke toepassingen en hand-/neus-/voetpompen in een beschermingszone type III vergunnings- of meldingsplichtig als rubriek 53.8 in het kader van de omgevingsvergunning.
Een omgevingsvergunning wordt digitaal aangevraagd via het omgevingsloket.
Hoe werd het dieptecriterium vastgelegd?
Enerzijds zijn er bepaalde gebieden waarbinnen er slechts tot een beperkte diepte mag geboord worden (waterwingebied, beschermingszones type I en II rond drinkwaterwinningen). Anderzijds zijn er gebieden die gevoeliger zijn naar het oppompen van grondwater. Zo is er een vergunningsplicht in en nabij speciale beschermingszones (gebieden die werden aangewezen voor bepaalde habitats en/of soorten ter uitvoering van de Vogel- of de Habitatrichtlijn) door hun status, maar geldt er ook een beperking naar de diepte in gebieden waar er verzilt grondwater voorkomt, omdat een grondwaterwinning hier voor een verstoring kan zorgen.Vanaf 8/4/2025 verstrengt het dieptecriterium voor rubriek 53.8 en wordt ook voor gebieden in of nabij VEN beperkt in diepte.
Vanaf 8/4/2025 verstrengt het dieptecriterium voor rubriek 53.8 en wordt ook voor gebieden in of nabij VEN beperkt in diepte.
Onder welke rubriek u valt kan u simuleren via de online themaviewer rubriek 53.8. Hiermee kan u eenvoudig zoeken naar de gewenste locatie en een schermafdruk bekomen.
Historiek
Het dieptecriterium werd ingevoerd op 4/10/2014. Grondwaterwinningen die voor die datum en een klasse 3 inrichting vormden, maar door het invoeren van het dieptecriterium voor rubriek 53.8 vergunningsplichtig geworden zijn (grondwaterwinningen van minder dan 500 m³/jaar waarvan de diepste put dieper is dan het dieptecriterium), hadden 6 maanden de tijd (dus tot 3 april 2015) om een milieuvergunningsaanvraag in te dienen. Dit was in toepassing van de overgangsbepalingen in artikel 16 van het milieuvergunningendecreet en artikel 38 van titel I van het VLAREM(wetgeving reeds opgeheven).
Bij de verstrenging van het dieptecriterium in of nabij VEN gebieden geldt er analoog een overgangstermijn van 6 maanden om een omgevingsvergunningsaanvraag in te dienen (zie art 110 en art 51 van het omgevingsvergunningendecreet).
Gekoppelde rubrieken
Voor grote grondwaterwinningen is het ook mogelijk dat de rubriek 53.11 van toepassing is. Deze rubriek is afhankelijk van de ligging (al dan niet in de nabijheid van een speciale beschermingszone) en het debiet (1 000 m³/dag in of nabij een speciale beschermingszone; 2 500 m³/dag netto elders).
Richtlijnen indien je als particulier een grondwaterwinning wil laten aanleggen
Hier lees je waar je moet op letten en wat je verplichtingen zijn als particulier bij de aanleg van een grondwaterwinning